Een bedenkelijke Kerst

De Kerst viert men gewoonlijk met gebraad
van vogels, vissen of landdieren
Men gaat het vaak bij kaarslicht vieren
terwijl men ook over de vrede praat

Alvorens gaat men dan het huis versieren
men zingt ook liederen met regelmaat
en de geliefden geeft men een sieraad
drinkt goede wijn en goed gebrouwen bieren

Nu echter ligt de Kerst behoorlijk delicaat
want het gaat verdomde slecht met het klimaat
en op duizend plekken bulderen mortieren

Je vraagt je af hoe dit nu verder gaat
De wereldleiders zijn in kennelijke staat
en de aardas draait in roestige scharnieren

Goede Kerstdagen en een goed Nieuwjaar

Jilles

Deventer toen

Prachtig was het stadsgezicht
en hoe de stad was ingericht
het was fijn om door de stad te lopen
Men had het goed en er was werk
de conjunctuur was ijzersterk
de winkels waren altijd open

Koopkracht was toen het modewoord
de industrieën ploegden voort
De productie was reusachtig
Natuurlijk had men toen wel weet
wat men zo de natuur aan deed
maar de natuur is wel veerkrachtig

Nu alles onder water ligt
met slechts de Bergkerk nog in zicht
heeft het noodlot zich voltrokken
Wie toen ooit waarschuwde kijk uit
werd meestal honend aangeduid
van de geitenwollen sokken

Veel vrienden heb ik hier gehad
daarom was het ook een fijne stad
de meeste zijn verdronken
Vergeef mij dan ook waar ik ga
en ga mij maar niet achterna

De Verlamming

Een loodzwaar gordijn hangt stil boven een bevroren vlakte
..Je kunt je naam veranderen, je kunt een nieuwe overeenkomst tekenen,
je kunt een moord begaan
Bekenden hebben zich verscholen
..Treinen schenken je tienduizend hectaren land
van andere woningen
De horizon kent geen bebouwing
..Stegen van andere structuren, verdiepingen van ander geluid,
zolders van andere temperaturen
De kleur van het gordijn laat zich niet gissen
..En andere geuren, van glanzender huid,
van wittere tanden, van vuurogen
Ik markeer mijn plek
..Ik markeer mijn plek
Ik richt een beeld op van vloeibare zintuigen
..Eén hand van wolken, eén hand van aarde
Van droge inkt

Omdat de tijd de herinnering is
van een roerloos moment

De stadsdichter

De stadsdichter kent de stad
roept de stad
onderhoudt de stad
houdt van de stad
De stadsdichter echoot
vanuit vanonder de stad
Hallo? Hallo!
De stadsdichter zoekt spijkers
aan de oppervlakte
Voetje voor voetje
over de rivier
Wankelt over de stadsmuur
Kruipt over daken en pleinen
Rommelt wat
hier en daar
aan hangsloten en vernuft?

Draag een hart
Vier een vereniging
Zet op een rijtje

De nacht zoemt

De nacht zoemt
heel de hele wereld
barst in één keer
in en craquelé van ijs
zou die god zich wel eens scheren
\en dan het tweede couplet
hink
stap
SPRONG
de verslaggever haast zich
de burgemeester haast zich
de beiaardier roeit erop los
er komt een smalle strook
LAND IN ZICHT
koffers open
knopen ontward
ritssluitingen naar beneden
grendels verschoven
man tut was man kann
het meeste versleten
roest
verspocht
rafelig
gerafeld
rafelranden
gebroken
kapot
verbogen
verrot
wormstekig
hangt in de scharnieren
verbrokkeld
afgebladderd
stof
stof
die geur
en de angst is groot
en god is dood

Alles is 1

Voor Merel

Afscheid atelier Park Oog in Al

Oog in Al 1
Van Riebeeckstraat 1
Ab Harrewijnstraat 1
Obrechtstraat 1
Plaza Nueba 1
Kosciuskostraat 1
Sablou 1
La paz 1
Moerakkerstraat1
Molenweg1
Bergstraat 1
Nieuwe markt1
Fuut 1
Slangenburg 1
Noordenbergstraat 1

1

Verder gaan
Inpakken
achterlaten
Vertrouwen
opruimen
Rust
onrust
Dadendrang
ophoepelen

Bruggen geslagen
Palen in de grond
Fundament op zand
Fundament op rotsen

Wat machtig dat de wereld 1 is
Wat prachtig dat alles gemaakt is om te ontdekken
Wat goed dat er dingen zijn die zich blijvend verschuilen

De herinnering draagt een armband
De ontmoeting draagt een kroon
Het gesprek is vloeibaar

Buiten de materie ruist een zin
die goed is te verstaan

In memoriam Jacques Magendans

9 april 2019

Jacques, de happening.

Wij droegen de gedichten voor gezeten op strobalen
Die jij in het Ei hoog opgestapeld had
Jij bent nu dood, maar er leven veel verhalen
Want jij was toen het zout in deze stad

Daar swingt de ‘scrapple from the apple’ saxofoon
(pada pada pada padaba)
Droomt de trompet de ‘funny valentine’
(pada pa dabada)
De drummer mept verwoed op zijn cimbalen
(kadeng)
De pianist die is de trein aan het halen
(trrrrrrrrrrrioeng ping)

Soms denk ik wel gebeurt er nog eens wat
In deze mooie maar ook vermaledijde stad
Waar alles nu gebeurt omheen de centen

Gebeurtenissen heten nu dan ook ‘eventen’
Die veelal gepaard gaan met erg veel lawaai
Sinds jij vertrok vind ik het hier
Dan ook
Soms wel
Ook eigenlijk
Verdomde saai.

Jilles

Mijmeringen…

Mijmeringen van de kunstenaar Arend Kleinpaste betreffende het vliegen.

Hoewel ik over het algemeen heel goed gedij
Ik word niet door honger of gebrek aan liefde overvleugeld
Voel ik mij toch mij wijlen wel beteugeld
Zo zou ik wel eens een mens met vleugels willen zijn
Zoals bijvoorbeeld een libelle
Met twee paar vleugels op mijn rug
Ik zou langs sloten en over plassen snellen
Ik zei u allen goedendag en kwam niet terug

Met vleermuis vleugels zou het nog beter gaan
Dat doet mij aan vleugels van da Vinci denken
Ik zal mijzelf een paar vleermuisvleugels schenken
En op die lederen vleugels schaterend van genot
En sneller dan door ogen ingeschat
Door stegen langs gevels en lantaarns scheren
Ik vloog een gat in de nacht en riep u allen dat
‘Ik ben de razendsnelle klapwiek van de binnenstad’

Een mens die vleugels wil die spitst zich toe op vrijheid
Waar is vrijheid meer dan boven zee te vinden
Hoog boven zee en kust te zweven lijkt mij beter
Zoals de Jan van Gent met vleugels van een meter
Ik zou met weinig vleugelslag slechts op thermiek
Mij fluitend langs het zwerk gaan begeven

Ja ik wil een mens met vleugels zijn
Omdat ik voel dat al mijn zinnen neigen
Af en toe boven mijzelf uit te stijgen
En denk ik nu al door dit lied voort varend
Waarom gebruik ik niet de vleugels van een Arend

Met een gevleugelde groet,

Jilles

Oudjaarsdag 2017

Het was weer een fantastisch jaar
Want waar men kijkt al is het maar heel even
ziet men het pure enthousiasme leven
In elke straat en ook op elk trottoir

Want waar men kijkt ziet men genegenheid
Men wuift en groet en schudt elkaar de hand
Het is een virus dat zich snel verspreidt
Zoals men dagelijks kan lezen in de krant

Intussen gaat de tijd natuurlijk als een bliksemschicht
En jaar na jaar dat zich aan ons voltrekt
De tijd zo blijkt heeft weinig overwicht
Wij blijven mooi en puur en almaar onbevlekt

Zo duiken wij het nieuwe jaar in als een vis
Springlevend in ons element
Het is dan ook behoorlijk evident
dat wij het ook weer wensen als het is
Van dat we onder geen beding
verstoken zijn van de verwondering

Het voorzetsel sonnet

Ik leef met de mensen
Ik leef om de mensen
Ik leef voor de mensen
Ik leef langs de mensen

Ik leef naar de mensen
Ik leef tegen de mensen
Ik leef achter de mensen
Ik leef onder de mensen

Ik leef tot de mensen
Ik leef van de mensen
Ik leef boven de mensen

Ik leef tussen de mensen
Ik leef bij de mensen
Ik leef naast de mensen