Een zon achter een half gesneden wit

Een zon achter een half gesneden wit
Een kat in het bakkie
Neem er maar twee

Langpootmuggen in de wei
In elke hand een pruimedant
Geen man over boord
Dirk, Dolf, Douwe, David, Koos
Jassen aan de kapstok
Een lange rij om een biggetje te zien

Vroem vroem
Over de horizon springen en weer terug
Op de neus van de doofstomme concertpianist
Rerende snerende regenvlagen
Polderende bolderende bolderwagen

Even de Stille Oceaan over zwemmen mamma
Raad eens of de peterselie al gaar is
Elf is stukken minder dan tien
Hé daar is de postbode
E4 E6
1 april

J.W. voor J.v.V.

Stadshof

De tijd in het kwadraat
De vrouwen in het zwart
Een foto
of
nog voor die tijd
Getaande koppen
Vereelde handen
Ketels wasgoed
en de angst voor God

De tijd in het kwadraat
De kleine ruimten
schaars belicht
Schamel bezit
in kisten
op de binnenplaats

Gebed om koopzondag

Ons lieve Heer, wij barsten van de poen
Laat ons op zondag dan toch ook boodschappen doen
Geeft ons op zondag ook gevulde tassen
We hebben niet voor niets die bank- en giropassen

De hele week door zien wij overal reclame
Wat wenst U meer dan dat wij zeggen ja en amen
Geeft ons daarom de ruimte te kunnen blijven kopen
Wij willen, Heer, zo graag door winkelstraten lopen

Nu kunnen wij op zondag slechts in etalages kijken
Om moedeloos te zien de spullen die daar prijken
O Heer, laat eens te meer Uw heerschappij ons blijken

En schenkt koopzondag aan Uwe dochters en Uw zonen
Ootmoedig vragen wij dit U en zullen ons dankbaar tonen
En U moet ons persoonlijk geluk belonen.